Maandag 29 mei

Vandaag word ik wakker met het nieuws dat op het Lago Maggiore een zeilboot vergaan is, waarbij 4 doden vielen. Het Lago Maggiore, waar we beslisten dat het Italiaanse weer ons te gortig werd, en we koers zetten richting Kroatië. Weer zo’n triestig nieuws. De Italiaanse primavera bracht veel onheil.

De wekker staat om 5u voor de zonsopgang, maar die ziet er weer bleekjes uit, en het is fris… ik blijf in bed liggen. De wekker loopt opnieuw af om 6u30 maar daar slapen we alle twee door, het is 7u30 als Meneertje Mertens opstaat om koffie te maken. Nog voor ik mijn eerste kop koffie uit heb, heb ik de slappe lach: na 4 weken ontdekt hij door de onderkant van de keukenkast af te kuisen met een schotelvod, dat daar een licht is. Iets waar we al 4 weken over mopperden, dat het echt onhandig was, zo zonder licht in de keuken. Er was dus wel een licht, met een verborgen schakelaar.

De camperplaats was heel rustig deze nacht. Alleen het stromen van het riviertje naast ons horen we.

Het is wel leuk, er scharrelen ook kippen en een haan rond.

Sommige mensen reizen met heel beperkte middelen, zoals de vrouw in dit autootje. (de kip is nieuwsgierig).

We maken ons klaar, en rond 8u30 zijn we weer op weg. Via snelwegen richting Straatsburg. Die Duitsers gaan ons niet weer liggen hebben met 2 uur zoeken naar een slaapplek, we gaan via Straatsburg en Metz rijden, en kunnen zo een plekje reserveren op een camperplaats van Camping Car Park. Gelukkig heb ik onze kaart bij! We hebben een goede 400 kilometer te rijden vandaag, we hopen wat vroeger ter plekke te zijn, zodat een beetje rusten er ook bij is.

De rit gaat vlot, via München en Augsburg naar Stuttgart en Karlsruhe. De landschappen zijn open en weids.

We zien al eens een eenzame windmolen.

Via de Rijn rijden we de Franse grens over.

We hebben een plekje gereserveerd in de Base Nautique de Seltz. We staan er zowat omringd door het water. De zon schijnt, het is 25 graden en we worden opgevreten door de muggen. We verkennen de boel even: het meer is deels toeristisch, maar er is ook een bedrijf met een lange transportband over het water. (nader onderzoek leert: een grindgroeve).

Van dit jonge gezinnetje worden we helemaal blij.

We worden (door het stilstaand water?) opgevreten door hordes agressieve muggen, en gaan dan maar binnen zitten, mijn laatste twee muggenbeten zijn net gestopt met jeuken, zin in nieuwe heb ik niet (ik reageer er nogal overmatig op de laatste tijd). Boekje lezen, beetje Netflixen, beetje foto’s kijken, verslagje schrijven… leven als god in Frankrijk, quoi. Gebakken eitjes met brood en een slaatje, dat is ons avondeten. Morgen willen we vroeg vertrekken, we hebben nog een 550 kilometer voor de boeg, en willen een deel daarvan in alle vroegte doen. 

Dinsdag 30 mei

Om 5u staat de wekker, om 6u vertrekken we richting België. Ik maakte een route over Metz, een gans stuk Frankrijk, deels over D-wegen, en een paar nationales en ook snelweg zonder péage. Rond 9u zouden we net voorbij Metz moeten zijn, waar we boodschappen gaan doen in een Super U. 

We voelen ons beiden “thuis” op de Franse wegen, het land blijft ook na al het moois dat we zagen in Italië, Kroatië en Slovenië, ons favoriete vakantieland.

We rijden na de Elzas een stukje Vogezen binnen, via D-wegen, en dat is zoals ik de Vogezen altijd in mijn hoofd zie: groen en een beetje duister. Mooi. Ongerept bij momenten. Even voorbij Metz doen we onze boodschappen in een grote Super U en halen er ons hartje op. En nemen dus allerlei lekkers mee. Ook wat voorraad ontbijtgranen voor thuis.

Vanaf hier rijden we richting Luxemburg, en vliegen de engeltjes ons weer rond het hoofd. Tallange (waar we onze boodschappen deden), Dudelange, Florange, Uckange… we vinden dat altijd grappig. Het wordt behoorlijk druk, vanaf Luxemburg wordt het lastig rijden en het stuk Wallonië is vervelend. Waar is de tijd dat het rustig rijden was op de Waalse snelwegen. We stoppen op de Aire van Recogne (toevallig dezelfde als in het doorrijden) om iets te eten, en rijden verder.

Het wordt echt stressen, vooral het laatste stuk richting Brussel (via Nijvel) en op de ring van Brussel. Ik neem me in stilte voor dit soort dingen in het vervolg te vermijden. We hebben deze vakantie vaak op de autosnelweg gereden, omdat de afstanden groot waren. Normaal doen we dat zelden of nooit. Vaak ging het vlot, af en toe was het geeuwverwekkend saai, er waren veel werken overal in alle landen die we aandeden, het was regelmatig eens aanschuiven, en soms was het gewoon puur stressen. Zoals op de ring rond Brussel.

We rijden via de E40 en de R4 naar Bassevelde, waar we camperplaats ‘t Caprihof vlot vinden. Het is een zeer verzorgde camperplaats op een melkgeitenhouderij, waar we al snel hartelijk verwelkomd worden door de uitbater. Wat later komt de echtgenote ook langs met als verwelkoming twee dessertjes, vanille/chocoladepudding gemaakt met geitenmelk.

We installeren ons, zitten een beetje buiten, maken dan ons avondeten (tabouleh, een slaatje, champignons, chipolata’s). Daarna denk ik nog wat te lezen op bed, maar dat wordt in de praktijk vooral slapen. Het moet zijn dat het nodig was. 

Verwante Berichten:

Misschien lees je dit ook graag:

9 reacties

    1. Héél af en toe. Op de Brusselse ring als het druk is. Was eigenlijk wel raar, we waren zoveel gewoon van op de Italiaanse wegen, en dan toch stressen op een plek waar we het echt wel kennen. (Meneertje Mertens heeft jaren gependeld tss Achterlecht en Gent)

Zeg het eens?