Maandag 27 september

Onder de ochtend trekt de wind aan. Een beetje voor 7 begint het zachtjes te regenen. Luik dicht. We blijven liggen, luisterend naar de regen en wind. Die laatste begint steeds harder te blazen, ramen dicht (het is nog zo warm, dat we slapen met verschillende ramen open). Tegen 7u30 is het bepaald aan het stormen met harde regen. Dat was voorspeld. Het zou ook weer beteren tegen de middag. We doen het dus op het gemak in de voormiddag. Plan: boodschappen doen en in de namiddag zien of het fietsweer wordt.

We vertrekken rond 10u naar de Super U in Saint-Jean-de-Monts.

Op de parking worden we aangesproken door twee veiligheidsagenten, dat we hier niet mogen blijven. We drukken hen op het hart dat we enkel boodschappen gaan doen, en dat we een staanplaats hebben op een camperplaats in La Barre-de-Monts. Maar blijkbaar gaat het erover dat je hier niet een ganse dag mag stationeren, ‘s avonds na sluitingsuur tot 10u ’s ochtends mag je er wel staan om te overnachten. Een grote en aangename Super U. Waar we onze druiven niet wegen, tot ongenoegen van de kassierster. We eten ons middagmaal op de parking van de supermarkt, en vertrekken dan terug richting La Barre-de-Monts.

Het weer is helemaal uitgeklaard en het is heerlijk zonnig met een staalblauwe lucht. Het blijft echter hard waaien en geen van ons beide ziet het zitten om te fietsen. We beperken ons tot een plannetje wat zich eerder in mijn hoofd gevormd had: wat rondzwerven op de wandelpaden die er rond de camperplaats zijn. En zo wandelen we heerlijk in de duinen…

De brug blijft prachtig, in mijn ogen.

… we stappen tot aan en onder de brug naar het eiland…

… keren terug via de camperplaats, steken de parking over en stappen een eind naar de andere kant in de duinen, tussen de pijnbomen. Het is heerlijk zomers en het ruikt fantastisch. De zee horen we altijd maar we zien ze niet.

We keren terug en zitten nog wat in het zonnetje voor de camper. Meneertje Mertens bakt worstjes op de Party Grill, die we buiten opeten met tabouleh en crudités en tomaat.

Afwas, fietsplannen maken voor de komende dagen, en dan gaan we nog eens tot aan het strand voor foto’s van de zonsondergang. Opnieuw werken de wolken niet écht goed mee, maar het is wel mooi met een vreemde nevel aan de einder.

We kijken nog een aflevering Vive le Vélo in bed, Meneertje Mertens krabt zich te pletter aan de vele muggenbeten die hij heeft. Vreemd, dit jaar zijn de rollen omgedraaid: hij staat vol, en bij mij beperkt het zich tot één beet. Van gisteren, een kreng van een mug die gewoon door mijn kleren heen ging. 

Dinsdag 28 september

Het ochtendgrijs heerst als we opstaan, maar terwijl we ons klaarmaken, breekt de zon door. We doen vandaag een fietsrit van ongeveer 55 kilometer op Île de Noirmoutier.

De rit start met een eerste stresserende oversteek van de brug. In normale omstandigheden een brug waar ik echt zot van ben (ze zingt, in mijn herinnering), maar nu zijn er onderhoudswerken (onze wandeling gisteren leerde dat het ook een beetje een “brokkelbrug” is zoals het viaduct van Gentbrugge), en de fietsers worden niet bepaald verwend: het dubbele fietspad is volledig afgesloten. We moeten een eindje rond, en het doorrijden valt nog redelijk mee. Een stuk over de pechstrook, en een stuk achter een vangrail. Het is smal, maar wel redelijk veilig. Het naar beneden rijden gaat traag, want het ligt er niet bepaald goed bij.

Na de rotonde slaan we af naar Barbâtre, en rijden we een fijn stuk met goede weg en wind mee. Daarna gaat het een stukje over een hobbelig fietspad, maar wel volledig afgescheiden van de weg, klagen doen we niet. We draaien af richting Noirmoutier en l’Île, en rijden een eerste mooi stuk door de marais. Zout, oesters en mossels. Overal.

In Noirmoutier en l’Île rijden we de Jetée Jacobsen op, en wat is dat prachtig.

We zitten op een bankje en eten een koekje.

We rijden een lang eind met aan de ene kant zoutvelden, aan de andere kant de zee.

Aan de overkant is le cimetière de bateaux.

We rijden verder naar l’Herbaudière. We belanden op een weg waar 70 gereden mag worden en waar we ons niet op ons gemak voelen, we wijken uit naar een weg die we in het terugkeren zouden nemen, waar het net iets beter aanvoelt. We rijden naar behoorlijk donkere wolken, ik heb schrik dat we toch in de regen gaan belanden, en we blijven niet lang in l’Herbaudière. Een beetje héél kort eigenlijk, de zee hebben we niet gezien.

Terug langs dezelfde weg, een beetje frustrerend want niet echt leuk. Na twee keer fout rijden komen we op een mooi pad in de marais, en vanaf daar volgt een prachtig stuk over heel rustige wegen. We zien ezels en veel zoutwinning en kottekes voor oesters en mossels, en veel vogels die we niet kennen.

Vanaf Barbâtre gaat het over dezelfde wegen terug als in het doorgaan, hoewel we er toch in slagen fout te rijden. Maar zo komen we toch nog eens aan de oceaan en zien we een camperplaats die we in gedachten gaan houden voor later.

De terugtocht over de brug is onaangenaam, we moeten over de gewone weg en dat is angstwekkend. Behoorlijk steil en dus traag naar boven, en verkeer aan 70km/u dat er nauwelijks op geattendeerd wordt dat er fietsers op de weg zijn, ik doe het bijna in mijn broek. Gelukkig is het niet al te druk. We kunnen wat vroeger de weg weer af, en rijden via bekend terrein terug naar de camperplaats.

Er volgt een rustige namiddag met soep met boterhammen, heerlijk in het zonnetje zitten en van de nazomer genieten…

… een afleveringtje Vive le Vélo kijken, een eenvoudige avondmaaltijd klaarmaken, wat plannen maken voor de komende dagen, verslag en blogbericht schrijven, en niet te gek laat gaan slapen. We hebben toch wel geluk dat het overdag zo’n mooi weer is: eens de zon onder is, gaat het weer hard waaien, en de regen laat niet lang op zich wachten.

Verwante Berichten:

Misschien lees je dit ook graag:

4 reacties

Zeg het eens?