Extraatjes om mee te beginnen

  • Dat van die bareel was dus echt geen grapje. En de bareel was echt defect, op het schermpje kwam de melding om de technische dienst te contacteren, en er was ook een serverfout. Meneertje Mertens had meteen ook gemaild. Ondertussen kregen we antwoord, en alles is OK. Ze hebben een technieker gestuurd, ze zijn blij dat we de problemen zo snel gemeld hebben. Vermits we niet hadden kunnen badgen bij het buitenrijden, liepen onze overnachtingen door, en ook dat is rechtgezet. Eind goed al goed dus.
  • Dinsdagavond nadat ik mijn vorige verslag geschreven en online gezet had, gingen we nog terug naar de Havre de Rothéneuf, om eens te kijken of er al water in stond. En of er al water in stond!

Opnieuw weggeblazen door de pracht van dit oord. Dit verlaten oord ook, er zijn nauwelijks mensen, vergeleken met de drukte aan onze kust. Wat een heerlijke plek!

Woensdag 4 juli

We vertrekken om 5u na onze ochtendkoffie naar Saint-Malo. We parkeren aan de Avenue Louis Martin in de haven. Die haven ligt op de binnenstad geplakt en ver is dat dus niet.

We stappen naar het centrum, bewonderen de oude zeilschepen

en kijken rond aan het fort en op het strand.

We zien weer een heel mooie ochtendhemel.

In het centrum is veel parkeergelegenheid en dat zorgt voor veel “vervuiling”, heel moeilijk om een foto te maken zonder auto’s, verkeersborden, groene of rode lichtjes. Wel jammer.

We keren langs de jachthaven (veel, véél bootjes)

terug naar de mobilhome en zetten koers richting Noirmoutier.

We vermijden Rennes, doen boodschappen in een Hyper U onderweg. Onze initiële reisroute ging door Nantes, maar die had ik de avond ervoor nog veranderd. We zijn geen fan van steden doorkruisen met de mobilhome. Onder Nantes door, via een dubbele brug over de Loire (Ponts de Thouaré). Mis poes: als we daar aankomen, blijkt de brug te laag te zijn voor ons. Hadden we kunnen weten, neem ik aan, maar ik had er niet bij stilgestaan dat dat kon. De GPS, die ingesteld staat voor mobilhomes, heeft ook niet gewaarschuwd. Soit. Geen probleem, route gewijzigd naar de eerste brug in Nantes, vrij vlot naartoe gereden (speekmedoalde!). Ahum, wacht nog efkes met die speekmedoalde, die brug (bruggen eigenlijk, het is telkens een dubbele brug) is ook te laag! Help! Op dat punt heb ik overgenomen met Google Maps en mijn telefoon. Tuf tuf het centrum door, naar de volgende brug. Waar we gelukkig over kunnen. Van daaruit is het nog even op menselijke GPS-begeleiding om het tweede deel van de Loire over te geraken. En zo kunnen we weer verder richting Noirmoutier. Het valt ons op hoe fietsvriendelijk Nantes is.

De GPS vertoont nog wat kuren, dus rijden we verder met Google Maps. Het landschap wordt erg plat. Rond 15u30 zijn we op onze camperplaats in La Barre-de-Monts, waar de bareel erg vriendelijk is en ons bij de eerste poging binnen laat.

En wat is het hier spectaculair! De camperplaats (van Camping Car Park) ligt aan de voet van de brug naar het eiland, brug die veel groter en hoger is dan ik dacht. En ook op 500 meter van het strand, dat gewoonweg prachtig is. Het is hier zalig. We bekomen wat van de rit (bijna 300km), zetten ons buitenplekje op, maken soep (ha!), en eten aardappelpuree met cordon bleu en rauwkost. We maken nog een wandeling naar het strand en dan over een pad door de duinen.

Daarna fietsen we eens naar de top van de brug.

Fietsers krijgen er een ruim fietspad met bewegwijzering en een rond punt zoals de automobilisten. We sjezen als een gek naar beneden, bij het afdraaien naar de camperplaats lig ik wel bijna op mijn smikkel. We bellen nog eens met Janna en Florian en Lili (wat is ze blij, ons kleine mopje)

en gaan dan wat vroeger dan de afgelopen dagen slapen. We zijn allebei behoorlijk moe.

Donderdag 5 juli

We slapen iets langer, tot 5 uur begot!

We drinken koffie, ontbijten, lopen eens tot aan het strand om foto’s te maken, wat een hele resem slechte foto’s oplevert. Eén voordeel: het is minder moeilijk om foto’s te selecteren.

Ik pruts een beetje met blog en foto’s, en we maken ons op het gemak klaar om te gaan fietsen. Het weer is niet meer zo goed: veel wind en veel wolken. Maar we gaan toch onze fietstocht van 45 kilometer doen, fietstocht die ik thuis al gepland had met Komoot. Boven op de brug stoppen we even om foto’s te maken. Volgens mij ziet de zee er daar elke keer dat je er passeert anders uit.

Het wordt een fietstocht op het gemak, met veel stops, traag fietsen als het lastig is (tegenwind in het doorrijden, gelukkig), en recupereren als het wat beter gaat. Naar mijn gemiddelde snelheid kijk ik niet (die klokt af op een fantastische 13,8 km/u), we hebben geen haast. We stoppen bij elk mooi plekje, en dat zijn er veel. De oceaan is zo mooi.

We stoppen bij de passage du Gois, daar regent het en gaan we wat onder een boom staan. Het is hoogwater, ik vind het weer spectaculair mooi.

Ja, we hebben nog behoorlijk wat regen over onze kop gehad.

We rijden verder, met een ommetje via een molen. Ik heb nu geen zin om op te zoeken welke molen het is. Hij staat vlakbij het Office du Tourisme en ziet er wat kabouterachtig uit.

We rijden verder het eiland op langs een mooi grind-fietspad, langs oesterkwekerijen en velden waar zout gewonnen wordt. Aten we graag oesters, we waren wellicht gestopt aan een kraampje onderweg.

(zeveraar!)

Het blijft af en toe regenen, maar het is warm, dus het deert ons niet echt. In de buurt van Noirmoutier en l’Île is het een beetje afgelopen met de mooie fietspaden, en worden we het verkeer in gejaagd. De mentaliteit is hier gans anders, men stopt gewoon niet voor fietsers, ook al zien ze dat je er al een hele tijd staat te koekeloeren. Soms is het echt grof. Als we langs de grote weg fietsen, krijgen we een serieuze stortbui over onze kop. Gelukkig duurt het niet lang. Het is warm genoeg zodat we ook snel weer opdrogen.

We rijden ook langs bij nichtje Maja, die met haar gezin op een camping in de buurt verblijft. We maken een praatje, ik heb Lune op schoot en ik vind het gezellig.

Daarna is het nog 10 kilometer naar huis, met wind in de rug en een beetje regen. Deze keer ga ik de brug te voet op, na meer dan 40 kilometer zie ik de klim niet meer zitten. En weer is het genieten van de mooie kleuren die ik zie. Het waait al een serieus stuk steviger dan in het doorrijden, de brug zingt een spookachtig lied.

Aangekomen op de camperplaats ruimt Meneertje Mertens op, maak ik eten, laten we het ons zeer smaken (we hebben dat verdiend!) en brengen we een namiddag rustig in de mobilhome door. De wind wakkert nog verder aan, en het regent, dus veel meer valt er niet te doen.

Verwante Berichten:

Misschien lees je dit ook graag:

Zeg het eens?