De foto’s die ik tijdens onze reis in juli in Frankrijk met de Nikon maakte, bewaarde ik voor thuis. Die foto’s zijn veel beter als ze zorgvuldig geselecteerd en bewerkt worden. En zo kan ik onze reis nog eens herbeleven ook. Ik laat ze beetje per beetje op jullie los, elke keer foto’s van 1 dag.

Van de omgeving van Lourdes reden we naar Gramat, dichtbij Rocamadour, waar op de voorlaatste dag van de Tour de France een tijdrit plaatsvond. Doen we altijd graag: je zit langs de kant van de weg en wordt de hele dag geëntertaind. Bij wijze van spreken toch.

Op de avond voor de tijdrit arriveerden we op het parcours. In het begin waren de plekjes om te staan zeer dun gezaaid, maar toen we aan een langgerekt “camperland” kwamen, was de keuze snel gemaakt. Daar gingen we bij staan.

Zoals gezegd, we zijn niet de meest sociale van den hoop, maar camperland, dat deert ons niet. Over het algemeen is het er erg rustig, en worden er ’s avonds ook geen feestjes gebouwd. Wat volgde, was nog een paar uurtjes wolkjes kijken.

Camperland als de avond valt. Wat kregen we een mooi einde van de dag cadeau.

De dag nadien zagen we veel renners een testrondje doen, waarna de publiciteitskaravaan passeerde. Hebberig en graaierig volk voor onze neus.

Daarna maakte ik foto’s van de renners, ah ja. Wat moet je anders, ondanks het feit dat ik gezegd had dat ik niet veel foto’s van renners zou maken. Maar ja, oefenen hè, oefenen. Ik deel er hier een aantal van bekendere renners. Zoals als eerste: de machine die Filippo Ganna is. Wat een brok spieren.

Alberto Bettiol is een compacter blokje spieren.

Michael Matthews eet een boterhammeke. Of zoiets.

Our very own Philippe Gilbert.

And also our very own Wout Van Aert.

Ik vind het passend om met gele trui Jonas Vignegaard te eindigen. De dag nadien stond hij op het podium in Parijs.

Verwante Berichten:

Misschien lees je dit ook graag:

16 reacties

  1. Hoe herken je daar een wielrenner in, dat zal natuurlijk aan mij liggen want al zat hij kaars rechtop zou ik nóg geen idee hebben wie er op die fiets zit. Ik kijk liever naar die wolken. 😉

    1. Ik doe gewoon beide, Riet. En bij een tijdrit is het makkelijk de renners te herkennen. Achter iedere renner rijdt namelijk een wagen, waarop een bord hangt met hun naam 🙂 (ik zou er ook wel wat herkennen, zonder bord, zeker diegenen met een speciale trui, maar met anderen zou ik toch meer moeite hebben)

    1. We gaan volgend jaar niet naar de Tour, maar wel naar de Ronde van Italië. Met de camper. Italië! Zo’n zin in 🙂 En nog een klein staartje Slovenië ook.

Laat een reactie achter bij Satur9Reactie annuleren