Wat is de zin van het leven? Dat vraag ik me af. Soms mis ik een god, of een godsdienst, als kapstok om de zin van het leven aan op te hangen. Of een god op wie ik de schuld kan steken van dingen die gebeuren. Maar ik geloof niet, en dan is het soms diep nadenken en afvragen waarom we dit alles doen, in dit leven. Wat het nut ervan is. Iemand antwoorden op deze vragen?

Verwante Berichten:

Misschien lees je dit ook graag:

5 reacties

  1. Ik ben er voor mezelf al lang achter gekomen dat het leven eigenlijk geen zin heeft. We worden geboren en op een bepaald moment – sommigen helaas veel te vroeg, anderen misschien veel te laat – dood. Dat klinkt wellicht veel negatiever dan ik het bedoel hoor, want zo somber van inborst ben ik nu ook weer niet. Want ik ben er even zo vrolijk van overtuigd dat we het onszelf dan maar zo goed mogelijk kunnen maken en zoveel mogelijk van de positieve dingen genieten. En jawel, de ene dag lukt dat al beter dan de andere, en jawel, de ene heeft al wat beter de omstandigheden mee dan de andere.
    Pfff. Niet zo simpel om dergelijke existentiële vragen in zo’n klein kotteke te beantwoorden zunne (vooropgesteld dan nog dat ik ook maar enige wijsheid in pacht zou hebben), maar ik hoop dat ik toch de kern van wat ik bedoel kan overbrengen en dat je er toch een ietsiepietsie kan mee doen (en nu ga ik gaan voortdoen met koken, want ik vermoed dat de patatjes overkoken)

  2. Ja, ik kan daar zeker iets mee doen. Zoals me aansluiten bij datgene waar jij al een lang achtergekomen bent.
    En ik probeer dat ook, het ons zo goed mogelijk maken.
    Alleen soms… en dan zeker nu met alle perikelen met mijn zus en met nog een aantal mensen in mijn omgeving… heb ik zo van die momenten dat ik in een hoopje zak en me afvraag wat voor zin het allemaal heeft, zélfs al proberend het leven zo aangenaam mogelijk te maken.
    Maar vaker lukt het me wel dan niet, me het hoofd niet te breken over zo’n existentiéle en op zich zinloze vragen.

  3. Hmm, de “waarom” vraag.

    Te mijden in situaties waarbij je perspectief niet verder gaat dan “de volgende dag halen,” terwijl je bij momenten krampachtig de gedachte onderdrukt: “dit is niet meer menselijk, hoeft het wel nog?”

    Ik heb er nog nachtmerries van, en op bepaalde periodes of plaatsen word ik overvallen door een alles overheersende droefheid.

    Maar kijk, hoe het ook uitdraait (bij ons gelukkig nog altijd goed; bij andere mensen die we kennen niet goed; bij nog anderen, goed, maar ten koste van veel meer dan bij ons): de mensen die achterblijven zijn een stuk wijzer geworden.

    En soms houdt die wijsheid in tegen beter weten in zelf zoveel mogelijk zin te geven aan het leven, zelfs al is het nog zo kort.

  4. Ik kan me levendig voorstellen dat er momenten zijn waarop het allemaal wat zwart en somber ziet. En voor die momenten wens ik jou (en je omgeving) dan ook heel veel courage.

Zeg het eens?