Het is Bruno’s verjaardag vandaag, las ik zowaar! Gelukkige verjaardag Bruno!

Ik wilde hier al eerder eens over Bruno schrijven, maar ik wist (en weet nog steeds) niet goed hoe eraan te beginnen. Zonder klef over te komen. Maar goed. Ik probeer.

Als ik Bruno’s weblog lees, voel ik me soms heel nietig. Als ik hier ga teruglezen, over ons leven en onze probleempjes, voelen die ook soms heel nietig aan. Zelfs als ik rekening houd met mijn censuurregel, en ik zelden over onze grotere problemen schrijf. Bruno’s oudste zoon, een jongen van 12 die op de school zit waar mijn kinderen zaten en Nic’s kinderen nu zitten, heeft botkanker. Dat te lezen, sloeg me in het gezicht. Wat het voor Inigo zelf, voor zijn mama, papa, broertje en familie moet zijn, kan ik me nauwelijks inbeelden. Ik lees bij Bruno wat voor een inpact de ziekte heeft op hun leven, op hun geestelijke gesteldheid, ik lees Bruno’s woede en pijn… en ik kan alleen maar onbegrip voelen. Onbegrip zijnde: er is geen god. Er is geen god die zoiets doet. Er is geen hogere macht. Het heeft geen zin. Wat is de zin van kanker? Wat is de zin van zo’n jong kind met kanker? Waarom moet dat ventje al die miserie, al die pijn, al die ellende doormaken? Ik zie er nul, nada, niks, noppes nut van in.

En ik hoop zo heel erg dat Inigo zal genezen. Ik was heel blij te lezen dat er toch al een positieve wending is. Ik hoop op meer.

Dus Bruno, als je dit leest: ik hoop dat je kan genieten van je verjaardag, dat het een fijne dag is (of was), en dat je kan genieten van elk mooi moment dat je gegeven wordt. Het is je heel erg gegund.

Verwante Berichten:

Misschien lees je dit ook graag:

2 reacties

  1. Bedankt!

    Wat het ‘klef overkomen’ betreft; als ik mijn eigen blog herlees, dan vind ik dat ook vaak klef overkomen, maar… daar trek ik mij nu eens niets van aan, zie!

    Over het schrijven over Inigo: soms voel ik me ook ongemakkelijk omdat ik ondertussen kinderen ken in de zelfde situatie bij wie de resultaten een stuk minder positief zijn (maar statistieken blijven verraderlijke dingen).

    Over het feit dat er geen god is, daar ben ik nu alleen maar méér van overtuigd, maar daar moet ik mezelf in censureren: er zijn te veel Amerikanen die mijn blog lezen en die sturen me constant ‘God bless you’ mails en ‘we’ve been praying for your son.’ Aanvankelijk stoorde me dat, maar gaandeweg ben ik dat beginnen zien als een manier waarmee gelovigen hun respect proberen te betuigen.

    Over Inigo zelf en zijn pijn: het is niet te geloven hoe volwassen hij daarmee omgaat. Wat een veerkracht!

    Over mijn verjaardag: meestal begin ik al van begin juni te klagen. Ik krijg dan vlagen van nostalgie naar de jaren 80, maar… die is totaal misplaatst. Ik heb nog dagboeken uit die periode en als ik de Bruno van toen mag geloven konden de eighties niet vlug genoeg achter de rug zijn.

    Dit jaar blijkt dat al dat geklaag over mijn verjaardag vroeger eigenlijk een luxe-probleem was 😉

  2. Mijn schoonzus ging vroeger kaarsjes branden toen Janna geopereerd werd. Ik heb ook geleerd dat te appreciëren en respecteren als haar manier waarop zij aan ons dacht.

    Het is inderdaad ongelooflijk hoe kinderen met pijn omgaan. Ze zijn zoveel sterker dan we ooit gedacht hadden. Het maakt hen sneller volwassen ook, maar of dat dan zo’n voordeel is?

    Ik schreef het hier eerder in mijn eighies-post: mijn hang naar de jaren 80 is relatief, ik denk niet zo graag terug aan het verleden, maar er was toen wel mooie muziek. Net als er nu mooie muziek is. Maar ik zou vanzeleven vanzeleven niet meer terugwillen naar toen! 😀

Zeg het eens?