Een tijdje geleden schreef ik me in voor de blogcursus Meststoffen voor jouw blog. Ik kreeg elke dag een mail met heel veel interessante uitleg, tips over alle aspecten van het bloggen en mijn blog, en veel leuke ideeën en opdrachten. Ik heb nog lang niet alles grondig bekeken, maar dit idee voerde ik alvast uit: nodig gastbloggers uit om een stukje te schrijven voor jouw blog.

En zo ontstond het idee voor een triptiekje. Ik laat een dertiger, een veertiger en een vijftiger schrijven over iets wat haar bezighoudt, maar dat ook past binnen de onderwerpen van mijn blog. Over muziek, over fietsen, over reizen, over ouder worden, over iets creatiefs… mogelijkheden zat.

Zo kwam ik als eerste uit bij Saralien. Een Nederlandse blog van een leeftijdsgenote die ik met erg veel plezier, vaak een gniffel en soms een schaterlach van herkenning lees. De “oudere” (mjah) blogsters zijn wat minder dik gezaaid, en zij leek me het perfecte slachtoffer om een stukje te schrijven over hoe we ons voelen bij het vorderen der jaren.

Veel leesplezier, en bedankt Saralien voor de aangename samenwerking!

Anne vroeg me een blog te schrijven over wat het met me doet om als 50-jarige (of 50-plusser, god in de hemel, wat een term) door het leven te gaan.

Na járenlang geblogd te hebben als Mammalien was het tijd om het over een andere boeg te gooien. Is het nog wel schattig om het eerste doorkomende tandje van je zoon te bespreken, de eerste schaamharen van je puber het wereldwijde web opgooien is een ander verhaal. Tijd voor een nieuwe fase, een nieuwe blog. Ik was bijna vijftig, het leek zo logisch: Saralien! Maar om nu als vijftiger te profileren? Dat vind ik toch lastig. Ik bén het, dat kan ik niet ontkennen. Maar of het zo voelt? 

Vijftig. Ik ben vijftig. In mijn ogen was dat altijd vreselijk oud. Nog steeds vind ik dat, trouwens. Als men het over vijftigplussers heeft heb ik niet het idee dat ze mij, man of onze vrienden bedoelen. Wij zijn dertigers, veertig. Oke, vijfenveertig, hooguit, na een slechte nacht. Ik kan het beeld van die supersaaie prepensioener met makkelijke schoenen en bijbehorend haar, zogenaamd hippe bril en veel te vaak even een paar daagjes ertussenuit buiten het seizoen maar niet uit mijn hoofd krijgen. Lekker schnitzel met appelmoes eten bij Van der Valk motel.

Onterecht, ik weet het. Er zijn genoeg vijftigplussers die gewoon lekker hun eigen ding doen en zich niets aantrekken van hun zogenaamde leeftijd. Motorrijden, sporten, in een band spelen of een hele nieuwe studie of baan oppakken. Gewoon omdat dat interessant is.

Eigenlijk ís vijftig ook niet oud meer. Was je halverwege de vorige eeuw op je vijftigste een oma met strakke knot en bloemetjesjurk, tegenwoordig ben je nog volop aan het werk en kun je nog best kinderen op de basisschool hebben, zoals ik. Nu ik die magische grens over ben waar ik eerst zo tegenaan zat te hikken merk ik dat het eigenlijk allemaal zo dramatisch niet is. Het leven gaat gewoon verder. Zij het soms wat langzamer. Moet ik eerst mijn leesbril opzetten voor ik zie waar de kinderen zo om moeten lachen op hun mobieltjes en kan ik ze allang niet meer bijbenen qua reactievermogen als we Mario spelen op de spelcomputer. En zegt de spiegel me dat ik betere tijden heb gekend.

Hoewel ik me vaak dertig voel zijn die ándere dertigers, die zo’n dertig jaar geleden zijn geboren zeg maar, toch anders. De twintigers al helemaal. Ze hebben net weer een andere achtergrond, een andere opvoeding, andere ideeën. Suiker is vergif,  opmaken moet, schaamhaar is not done en zonder beha aan over straat al helemaal niet. (Even los van of ik daar wel of niet aan meedoe, het mág allemaal wat mij betreft en ik zal niet gek opkijken…)

Daarbij, weten de mensen van rond mijn geboortejaar precies waar je het over hebt als je “INXS” ,  “Holly Hobby” of “Flippo’s” zegt, de gemiddelde twintiger kijkt je vreemd aan. Mijn man en ik – vijftigers dus – moesten juist weer héél hard lachen toen de zestienjarige ons het filmpje liet zien van een optreden van een of ander muziekidool waarvoor zijn halve klas was uitgelopen. Kom op zeg. Neemt iemand dit serieus?

Maar los van een generatiekloofje hier of daar heb ik toch het idee dat leeftijd niet zoveel zegt. Het gaat er toch meer om hoe iemand in werkelijkheid is? Een aantal toch flink op leeftijd zijnde ooms en tantes van me zijn in geest en manier van doen een stuk vlotter dan sommige vastgeroeste dertigers op het schoolplein. En andersom, tijdens de tenniscompetitie vorig jaar, heb ik dan weer een veel leukere dag gehad toen we tegen dat vrolijke studententeam speelden dan die middag bij die dames van zekere leeftijd die zich zowel tijdens als na het spel gedroegen als kleine verwende kinderen.

Met die studentes hebben we leuke gesprekken gehad. Helaas, toen we eindelijk de tennisbaan op mochten, werd het me pijnlijk duidelijk waar die dertig jaar verschil voornamelijk in zat: zij gingen met een soepel sprongetje gewoon zo óver het hek de baan op. Ik moest eerst mijn door het lange zitten stijf geworden lijf een paar honderd meter verder langs het hek slepen op zoek naar het deurtje. Potver. Ik ben vijftig.

Verwante Berichten:

Misschien lees je dit ook graag:

5 reacties

  1. 10 jaar jonger met peuters in huis is dit toch al heel herkenbaar. Zo helemaal uit de lucht vallen als je nieuwe collega’s op het werk een of andere classic niet kennen…en opeens uitrekenen en beseffen dat die classic van voor hun geboortejaar is. Hoe kan dat nu, want ik ben toch zelf nog maar pas aan het werk? Al vind ik het wel vreemd in Leuven dat al die tieners tegenwoordig die faculteiten binnen en buitenwandelen alsof ze er thuishoren 😀

    Het grappigste blijft toch toen ik op de materniteit met mijn baby zat te wachten tot we naar huis mochten. Er liep opeens een piepjong stagaireke binnen met de opmerking dat ik naar huis mocht . “ja dat weet ik, maar ik moest nog wachten tot de pediater was langsgekomen.” “ik ben de pediater”.

    1. 50 is het nieuwe 30, of zoiets 🙂 Mijn 50ste verjaardag was er eigenlijk eentje gelijk alle andere, we hebben er weinig van gemaakt.

Zeg het eens?